door Jelmer van Nimwegen
Waarom stoppen met antidepressiva zo moeilijk is (1)
1: homeostase ofwel terug naar de natuurlijke ‘fabrieksinstellingen’ van je lichaam
Stoppen met antidepressiva heeft grote gevolgen voor je hersenen. Antidepressiva zijn chemische stoffen die je hersenen veranderen. Als je stopt met je antidepressiva, heeft je brein tijd nodig om weer normaal te worden – tenminste: voor zover dat nog kán. In die afkick kun je je fysiek en psychisch heel ellendig voelen. Angst, somberheid, jaloezie, irritatie, slapeloosheid, verdriet, achterdocht, woede: alles kan naar boven komen. De psychiater zegt dan: “Kijk eens aan. Je ziekte is terug. Zie je nou wel dat je die pillen echt werken? En dat je ze heel hard nodig hebt? En het bewijst dat mijn diagnose klopt: je bent inderdaad een geesteszieke patiënt. Voor de rest van je leven.”
Stoppen met antidepressiva is zo moeilijk omdat je lichaam gewend is geraakt aan de chemische stoffen die het serotonine-evenwicht verstoren. Antidepressiva verhogen kunstmatig de hoeveelheid serotonine in je hersenen. Dat lijkt mooi, maar dat is het niet. Want je lichaam zoekt altijd weer de normale situatie. Bijvoorbeeld je lichaamstemperatuur: die moet rond 37,2 graden Celcius schommelen. Als je lichaamstemperatuur stijgt, gaat je lichaam iets doen om je temperatuur verlagen, zoals bloedvaten wijder maken en zweten. Als je lichaam te koud wordt, ga je bewegen of rillen, zodat je spieren meer warmte produceren. Dat streven om de situatie normaal houden, heet “homeostase’. En dat gebeurt met de serotonine dus ook. Antidepressiva verhogen, dus het lichaam gaat verlagen. Dat doet het door minder serotonine te maken.
In een schema:
serotonine-peil normaal —> antidepressiva er bij —> serotonine hoger —> homeostase wil terug naar normaal —> lichaam maakt minder serotonine —> serotonine omlaag —> stoppen met antidepressiva —> serotonine nu écht te laag —> angst- en depressieklachten…
Antidepressiva veroorzaken bij stoppen dus het probleem waarvoor je de pilletjes kreeg: een écht ‘stofjes’-tekort. Want eerst was het alleen maar een (al lang achterhaald!) theorietje van de psychiater: “U hebt een tekort aan serotonine, daardoor bent u angstig en depressief.” Dat werd vervolgens niet eens getest, want dat kan niet, maar je kreeg wel en ‘stofjes’-verhogende chemisch middel. Bij stoppen weten we het echter wél zeker: door de tegenreactie van het lichaam op de kunstmatige verhoging van het serotonine-peil maak je nu zelf niet meer genoeg serotonine! En dat verklaart waarom je allerlei lichamelijke en psychische klachten krijgt. Het is niet automatisch ‘ de klachten zijn weer terug en zie je nou wel dat je geestesziek bent?’.
Advies
Aan het homeostase-effect is